Als naasten wat
van me willen,
is
het hek van de dam...
door Ronald
Koops
Ik houd van jou.
Makkelijk gezegd, moeilijk
gedaan.
Want onze liefde of genegenheid
voor een ander is vaak gekoppeld aan een ´maar´.
Het tweede grote gebod van God is dat je je naaste moet
liefhebben als jezelf. Ik kan daar weinig mee en ik vrees dat ik hier
schromelijk in tekort schiet. Stond er maar dat je je vrouw moet liefhebben als
jezelf (makkelijk) of je vrienden (geen probleem) of je leidinggevende (gaat
ook nog wel). Maar je nááste? Liefhebben als jezelf? Nee, daar bak ik weinig
van. Kijk, als er stond dat we onze naaste moeten toleréren, dan was het andere
zaak. Dat zou ik ook nog wel kunnen. Tolereren is niet moeilijk en er wordt wat
afgetolereerd in ons land. "Ha, buitenlander! Ik vind je erg vreemd maar
ik tolereer je. Goed hè?" "Dag ongelovige! Dom zeg, dat je niet in
God gelooft. Geeft niet, hoor, ik tolereer het wel. Aardig van me, niet?"
Heb je naaste lief als jezelf. Alsjeblieft, ga er maar aan
staan. Jezelf liefhebben, dat gaat nog wel. Zo slecht doe je het niet. En je
bent zo lekker vertrouwd met jezelf. Maar je naaste? Die vieze buurman die
rookt en altijd naar zweet stinkt? Die ene collega die zich altijd klem zuipt
in het weekend? Die ordinaire hoer? Die op geld beluste tollenaar? (Gek, het
lijkt wel alsof ik deze woorden eerder ergens heb gelezen.) Líefhebben?
"Ach Here," bidden we als we gedoucht en lekker ruikend in ons schone
bed liggen, "mag ik ook alleen vriendelijk glimlachen naar mijn naaste?
Straks word ik nog vies. En mag ik ook alleen heel aardig ´goedemiddag´ zeggen?
Want straks wil mijn naaste wat van me. En als naasten wat van me willen, dan is
het hek van de dam, want er zijn me een boel naasten..."
Maar we kunnen bidden wat we willen, we kunnen wachten op een
teken om er onderuit te komen, maar er zal niets gebeuren. Het zal stil
blijven. Alleen de stem van ons geweten zullen we horen. En gewetensstemmetjes
zijn altijd heel vervelend. Want meestal hebben ze gelijk.
Die vieze buurman, de zuipende collega, de ordinaire hoer, de
verslaafde junk, de protserige overbuurman die z´n bestaan vult met leegte en
auto´s, ze hebben één overeenkomst. Het zijn mensen. Mooie mensen met emoties,
een lach en een traan, mensen met dromen, met verlangens, kostbare mensen
gemaakt naar Gods beeld. Naar Gods beeld? Ja. Beelddragers van de Allerhoogste,
op zoek naar de zin van hun bestaan. Is alleen tolereren dan niet wat
magertjes?
(uit: Visie)
♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦
Terug
naar:
♦